‘Gaan we Yucelen?’ – Een interview met Celine Kersten, PB-er op de Paulus Potterhage

21 september 2014

Wat was je eerste indruk van de methodiek en je latere ervaring toen je er mee aan de gang ging?

Ik was in het begin best wel sceptisch. Ik dacht ‘blokken…?’; Ik zag kleurtjes en ik zag blokken en ik dacht die kan ik ook aan mijn neefjes en mijn nichtjes geven. Ik dacht dat heel veel mensen dit belachelijk zouden vinden. Tegelijkertijd zag ik de potentie er ook wel van in. Het is toch een laagdrempelige manier om even uit de woorden komen en het gewoon te gaan doen. En ik ben ook fan van motiverende gespreksvoering en probleemoplossende vragen en dit sloot daar wel mooi bij aan. Ik ben dan ook na de cursus er gelijk mee aan de slag gegaan. Wat hierbij ook scheelde was dat mijn collega’s heel enthousiast waren. Dat maakte het voor mij wel makkelijker.

Hoe werd de methode door cliënten ontvangen?

De mensen op de Paulus Potterhage waren net als ik een beetje sceptisch maar ze stonden er toch wel voor open. Zodoende heb ik het met drie mensen geprobeerd en met eentje ben ik echt door gegaan met de methode. En die vindt het heel leuk. Die gebruikt het nu ook als werkwoord: Gaan we weer Yucelen? Of: ik zie mijn Yucelfoto hangen en ik wil dit doen of ik wil dit veranderen. Die gebruikt het dus zelf heel actief.

En waarom is het bij haar duidelijk wel aangeslagen en bij de andere twee niet?

Ik denk dat dat ook bij mij ligt en bij omgevingsfactoren. Omdat we op locatie zo erg aan het veranderen zijn en binnen heel Lister natuurlijk, heb ik er wat minder tijd voor gehad en ben ik er zelf ook minder actief achteraan gegaan. Maar deze ene cliënt was zo enthousiast en kwam er zo vaak op terug, dat we op die manier elkaar actief hebben gehouden..

Heeft het bij deze ene cliënt tot nieuwe inzichten geleid?

Ja. Deze mevrouw praat heel makkelijk over haar emoties heen. Het is met haar altijd lachten, gieren, brullen maar ze komt weinig tot de kern. En ik merkte bij haar heel duidelijk dat het zien van haar krachten en van haar lasten haar iets deed. En ze ging nadenken ‘hoe kan ik nu mijn lasten verminderen en mijn krachten versterken´. Ik was zelf minimaal aansturend; ze ging zelf sterk associatief aan de gang. We hebben meerdere opstellingen gemaakt, o.a. van de huidige situatie en de gewenste situatie en de foto´s van die opstellingen hangen allemaal aan haar muur. Op een gegeven moment had ze een terugval gehad in haar leven. En toen hebben we uiteindelijk een doel van haar, namelijk abstinent zijn, genomen en vervolgens gekeken wat daarbij de lasten en de krachten zijn. Duidelijk werd dat sporten haar daarbij heel erg helpt, maar het lukte niet om dat te gaan doen. Wat heb je dan nodig om te gaan sporten? Zo zijn we daarover in gesprek gegaan. Maar dit is een cliënt die de methodiek heel leuk vond. Ik zou de methodiek ook graag bij andere cliënten uitproberen. Ik ben bijvoorbeeld benieuwd hoe de methodiek valt bij forensische cliënten.

Vind je dat iedere begeleider binnen Lister in de Yucelmethode getraind zou moeten worden?

Als we kijken naar de kwaliteitsslag die Lister aan het maken is, zou ik wel de mensen die meegaan in die kwaliteitsslag in de Yucelmethode trainen. Ik denk namelijk dat het mooi ondersteunend instrument is dat op veel gebieden kan worden ingezet. Als je bijvoorbeeld even vast zit met een cliënt bijvoorbeeld. Je hoeft niet veel op te tuigen: je gaat gewoon zitten en je gaat het doen. Het levert al snel veel op. Je gaat al snel de diepte in.

Andere berichten